Natuurbeheer uiterwaarden Maas
De natuur in de uiterwaarden is ontzettend divers vanwege de aanwezigheid van zowel kale grond en grasland als van bos en struikgewas. En die natuur verandert ook nog eens ieder seizoen en ieder jaar onder invloed van groei, het grazen van dieren, zon, wind en water. Rijkswaterstaat zorgt dat al die veranderingen blijven passen in de normen voor de doorstroming van (hoog)water. Maar ook dat de waterkwaliteit verbetert en de riviernatuur versterkt wordt. De normen en uitgangspunten daarvoor zijn vastgelegd in de zogenoemde vegetatielegger. Op basis van die vegetatielegger doen wij aan groenonderhoud en voeren we natuurbeheer uit in de uiterwaarden van de Maas.
Zo voorkomen we bijvoorbeeld dat het doorgroeien en uitbreiden van vegetatie in het rivierbed bij hoogwater leidt tot onverantwoord hoge waterstanden. Want teveel begroeiing op de verkeerde plek kan leiden tot een onnodige opstuwing van water in tijden van hoogwater. En we willen dat hoogwater zo snel als mogelijk wordt afgevoerd. De vegetatielegger maakt ook duidelijk welke begroeiing een bijdrage levert aan de waterkwaliteit en dus moet blijven staan. En waar mogelijkheden zijn om de riviernatuur te versterken, doen we dat ook volop.
Zo voorkomen we bijvoorbeeld dat het doorgroeien en uitbreiden van vegetatie in het rivierbed bij hoogwater leidt tot onverantwoord hoge waterstanden. Want teveel begroeiing op de verkeerde plek kan leiden tot een onnodige opstuwing van water in tijden van hoogwater. En we willen dat hoogwater zo snel als mogelijk wordt afgevoerd. De vegetatielegger maakt ook duidelijk welke begroeiing een bijdrage levert aan de waterkwaliteit en dus moet blijven staan. En waar mogelijkheden zijn om de riviernatuur te versterken, doen we dat ook volop.
Onderhoud én ontwikkeling op terreinen Rijkswaterstaat
Maaskracht inspecteert en monitort het hele uiterwaardengebied van de Maas. Daarmee brengen we in kaart waar welk groenonderhoud nodig is en wanneer. Op terreinen van Rijkswaterstaat ontwikkelen we natuur binnen de kaders van hoogwaterveiligheid én we ontwikkelen uitvoeringsplannen voor plekken die veel potentieel hebben op het gebied van natuurkwaliteit.
Zo proberen we zoveel mogelijk gradiënten te realiseren of te behouden. Dat zijn natuurlijke overgangen in de natuur. Van hoog naar laag, nat naar droog, schaduw naar zon, etc. Want dát zijn de plekken die een bron van biodiversiteit zijn. Als we bijvoorbeeld maaien of snoeien, houden we die variatie zoveel als mogelijk in stand.
Zo proberen we zoveel mogelijk gradiënten te realiseren of te behouden. Dat zijn natuurlijke overgangen in de natuur. Van hoog naar laag, nat naar droog, schaduw naar zon, etc. Want dát zijn de plekken die een bron van biodiversiteit zijn. Als we bijvoorbeeld maaien of snoeien, houden we die variatie zoveel als mogelijk in stand.
Hoogwaterveiligheid centraal op terreinen derden
We werken - nadat is overlegd of de perceeleigenaar het onderhoud zelf wil doen of dat wij dat doen - ook op percelen die eigendom zijn van de provincie, natuurbeherende organisaties, bedrijven en particulieren. Op die terreinen zorgen we er vooral voor dat het groen zo onderhouden is, dat het gebied doorstroombaar blijft voor de Maas. Dat is van belang voor de hoogwaterveiligheid.
Voorkomen en verwijderen exoten
Invasieve exoten zijn boom- en plantensoorten die eigenlijk niet in dat gebied thuishoren. Bekende voorbeelden zijn de Japanse Duizendknoop en de Grote Waternavel. Deze invasieve exoten zijn erg overheersend, vermenigvuldigen zich snel en verdringen daarmee andere planten. Dat gaat ten koste van de soortenrijkdom. Ook kunnen ze een groot veld op het water vormen waardoor zonlicht moeilijker door kan dringen, wat de groei van onderwaterplanten tegenhoudt en dat is weer slecht voor de waterkwaliteit. We bestrijden deze exoten daarom systematisch in lijn met de Europese exotenverordening. Omdat er nog niet één bewezen succesvolle werkwijze is, wisselen we diverse vormen en momenten van bestrijding af. Zo loopt er een pilot met het bestrijden van de Japanse Duizendknoop met de inzet van varkens.
Uitvoerig onderzoek voorafgaand aan onderhoud of ontwikkeling
Wat we ook doen – ontwikkeling of onderhoud – we doen altijd eerst uitvoerig onderzoek voordat we aan de slag gaan. We maken een uitgebreide inventarisatie en schrijven een ecologisch werkprotocol. Daarin beschrijven we hoe we de flora en fauna zo min mogelijk verstoren. Op basis van dat protocol maken we nog eens een laatste scan van het gebied voor we beginnen. Bij grond- weg- en waterwerken houden we ook rekening met de waterstanden, de mogelijke aanwezigheid van niet gesprongen explosieven en archeologische waarden van het gebied of bebouwing in dat gebied.